zondag 20 december 2009

Classificatie van geuren: Citrus (buitenbeentje)

Bij het bestuderen van de Citrus geurenfamilie heb ik een interessante subcategorie gevonden, die noch door de Franse vereniging voor parfumeurs noch door Michael Edwards wordt beschreven. Het is de groep van gourmand citrus – een combinatie van citrusnoten en gourmand noten zoals vanille, suiker, caramel etc. Ik geloof, dat de geur van citroentaart zou het beste voorbeeld zijn voor deze subcategorie.

De parfums, die hier kunnen worden ingedeeld zijn bijvoorbeeld:

Miel&Citron van L’Occitane en Provence of 1873 van Histoires de Parfums.

Helaas kon ik deze geuren niet bij Michael Edwards vinden. Het zou interessant zijn hoe ze bij zijn classificatie zijn ingedeeld. Misschien zouden ze onder de oriëntaalse geurenfamilie vallen.

Lees ook:
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus-sfp.html
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus-michael.html

Classificatie van geuren: Citrus (Michael Edwards)

In zijn classificatie hanteert Michael Edwards dezelfde criteria als de Franse vereniging voor parfumeurs (Société Française des Parfumeurs of SFP) om een geur bij de citrus familie in te delen. Alle geuren met citrusakkoord als hoofdthema vallen onder deze familie. Alleen voor de subcategorieën gebruikt Michael Edwards een andere indeling (die standaard is voor elke familie). Hierdoor is deze classificatie minder genuanceerd, want alle citrusgeuren vormen één familie, ongeacht de mogelijke bloemige, kruidige of houtige accenten. In zijn beschrijving van de citrusgeurenfamilie benadrukt Michael Edwards wel, dat de nieuwe trend binnen de parfumerie is om de citrusgeuren te verrijken met de noten van moderne musk moleculen en thee-akkord.

Voorbeelden van de geuren:

Fresh Citrus (Frisse citrus):
ck One van Calvin Klein (1994); Cristalle Eau Verte van Chanel (2009); Dalimix van Salvador Dali (1996); Bulgari Eau Parfumée au thé vert (1993); Eau de Pamplemousse Rose van Hermès (2009).

Crisp Citrus (Droge citrus):
Cristalle van Chanel (1974); Burberry Summer for men (uitgave van 2007, 2008 en 2009), Cerruti 1881 (1990); Chrome van Azzaro (1996); Diorella van Christian Dior (1972).

Classical Citrus (Klassieke citrus):
Signoricci van Nina Ricci (1965); 4711 Original van Mäurer&Wirtz (Muelhens, 1792); Colonia van Acqua di Parma (1916); Eau de Cologne van Chanel (2007); Eau de Cologne Impériale van Guerlain (1853).

Rich Citrus (Volle citrus):
Allure homme sport van Chanel (2007); Armani (1984); Boucheron pour homme (1991); Eau d’Orange Verte van Hermés (1979); Instinct van David Beckham (2005).

Het was bijzonder om ook de geuren zoals Mûre et Musc van L’Artisan Parfumeur en Dior Homme Sport bij deze groep van citrusgeuren ingedeeld (ze vallen onder de subcategorie Rich Citrus). Beide geuren kunnen wellicht fris zijn, maar hebben duidelijk uitgesproken fruitige nuances. Bij Mûre et Musk vormt de geur van braam duidelijk de hoofdtoon. Dior Homme Sport heeft duidelijke gember nuances. Persoonlijk zou ik deze geuren apart classificeren als een bramengeur en een frisse gembergeur. Maar zoals ik het ook in het begin zei – de geurenbeleving is heel persoonlijk. Het is onmogelijk om zo’n geurenclassificatie te ontwikkelen waar elke parfum onbetwist een eigen plekje krijgt.

Lees ook:
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus-sfp.html
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus.html

Classificatie van Geuren: Citrus (SFP)

Volgens de classificatie van de Franse vereniging voor parfumeurs (Société Française des Parfumeurs of SFP) wordt de familie van de citrusgeuren op de volgende manier beschreven en ingedeeld:

A – Héspéridé (citrusachtige geuren):
Met het woord “hespéridées” worden de essentiële oliën van citrusvruchten aangeduid. Dat zijn de bekende oliën van Citroen, Sinaasappel, Mandarijn, Limoen, Pompelmoes. Iets minder bekend is Bergamot – een andere citrusvrucht (van de boom Citrus Bergamia), die veel gebruikt wordt in parfumerie, maar ook voor het aromatiseren van thee (zo krijgt men Earl Gray Tea). Bijna onbekend, maar zeer gewaardeerd in parfumerie is de olie van Cedrat (verkregen van de vruchten van Citrus Medica). Ook Tangerine, een olie verkregen van de Americaanse soort van Oost Asiatische Mandarijnboom (Citrus Reticulata) is zeer geliefd in parfumerie. Bijna alle geuren met de naam “Eau de Cologne” zijn te vinden in deze groep. Van oorsprong werd Eau de Cologne gebruikt ter verfrissing bij warme weer en is daarom rijk aan de frisse citrusgeuren. De citrusfamilie van geuren wordt verder ingedeeld in:

A1 - Héspéridé (citrus).
Dat zijn de pure citrusgeuren.
Voorbeeld: Eau de Patou (1976); Eau de Cologne impériale van Guerlain (1853); Monsier de Givenchy (1959), Bulgari van Bulgari (1992), Kölnisch Wasser 4711 van Mülhens (1792), Eau Fraîche van Christian Dior (1953), Monsier Balmain van Pierre Balmain (1964), Signoricci van Nina Ricci (1965), Ungaro II van Ungaro (1992).

A2 - Héspéridé épicé (citrus kruidig).
Bij deze geuren is de basis citrusstructuur verrijkt met warme specerijenaccenten zoals kruidnagel, peper, nootmuskaat, kaneel, kardemom etc.
Voorbeeld: Cacharel pour homme (1981); Eau d’Hermes van Hermes (1951); V/S van Versace (1998).

A3 - Héspéridé aromatique (citrus aromatisch).
Hier is de basis citrusstructuur verrijkt met aromatische noten van kruiden zoals tijm, marjolein, rozemarijn, munt, etc.
Voorbeeld: Green Water van Jacques Fath (1947)

A4 - Héspéridé fleuri chypre (citrus blomig chypre).
Dat zijn de nieuwe generaties van Eau de Cologne geuren. Een simpele citruswater is hier verrijkt met het bloemige hart of jasmijn en houtige mossige basisnoten.
Voorbeeld: Ô de Lancôme (1969); Eau de Rochas (1970); Eau Sauvage van Christian Dior (1966); Eau Sauvage Extrême van Christian Dior (1984); Trophée van Lancôme (1982); Boucheron van Boucheron (1991, heren).

A5 - Héspéridé boisé (citrus houtig).
Bij deze familie wordt de akkoord van de citrusnoten gecombineerd met houtnoten (en soms poederachtige noten) op de achtergrond. De noot van bloemen is vaak aanwezig, maar zwak.
Voorbeeld: 1881 van Nino Cerruti (1990, heren); Armani (1984); Signoricci-2 van Nina Ricci (1975).
Belangrijk! 1881 van Nino Cerruti (1990, heren) kan ook onder A4 worden ingedeeld.

A6 - Héspéridé fleuri boisé (citrus bloemig houtig).
Citrusakkoord speelt nog steeds een hoofdrol gecombineerd met het bloemige hart en houtige noten op de achtergrond.
Voorbeeld: Sport Cologne van Tiffany (1998)

Op de afbeelding: Bergamot van Wikipedia

Lees ook:
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus-michael.html
http://hetparfum.blogspot.com/2009/12/classificatie-van-geuren-citrus.html

Classificatie van geuren: de geurenfamilies

Het is niet altijd makkelijk om de weg te vinden in de wereld der geuren. Er staan honderden flesjes in de winkel – elk met eigen verhaal, dat vaak helemaal niets over de geur zegt. Een geuren classificatie zou het enige houvast te kunnen bieden en helpen om in deze wereld te kunnen oriënteren. Helaas levert het zoektocht naar de “geuren classificatie” weinig op. Het is in het kort beschreven op de Wikipedia artikel over “Parfum” en verder is deze beschrijving gekloneerd op meerdere websites.

Er zijn op dit moment twee bruikbare classificaties van de geuren. De ene is ontwikkeld door de Franse vereniging voor parfumeurs (Société Française des Parfumeurs). De geuren worden ingedeeld in 7 families:
A – Citrus
B – Bloemig
C – Fougère
D – Chypre
E – Houtig
F – Amber of oriëntaals
G – Leerachtig
Deze indeling staat in het kort beschreven in de bovengenoemde Wikipedia artikel. Elke familie telt ook enkele subcategorieën. In mijn volgende posts zal ik meer aandacht besteden aan elke groep met zijn subgroepen.

Een andere geurenindeling is ontwikkeld door Michael Edwards, de auteur van de zogenaamd “Parfum Bijbel” – het boek “The Fragrances of the World”. Elk jaar komt er een nieuwe editie van dit boek, dat alle parfums op de markt indeelt in de geurenfamilies. Zo is het makkelijk om per familie een geur te vinden, die niet veel afwijkt van een lievelingsgeur en toch anders is.
Michael Edwards beschrijft 14 geurenfamilies, die hij in een cirkel plaatst (zogenaamd Fragrant Wheel). Deze families zijn:

Floral (Bloemig)
Soft Floral (Zacht Bloemig)
Floral Oriental (Bloemig Oriëntaal)
Soft Oriental (Zacht Oriëntaal)
Orietnal (Oriëntaal)
Woody Oriental (Houtig Oriëntaal)
Woods (Houtig)
Mossy woods (Mossig houtig, komt overeen met Chypre)
Dry woods (Droog houtig, komt overeen met Leer)
Citrus
Water
Green (Groen)
Fruity (Fruitig)
Aromatic Fougère (aromatische varengeur)

Eerste dertien families vormen een cirkel – het is duidelijk te merken, dat elke familie iets weg heeft van twee naastliggende families (zoals Woods ligt tussen Woody Oriental en Mossy Woods). Ze vormen vier grotere groepen: Floral Notes (Bloemige noten), Oriental Notes (Oriëntale noten), Woody notes (Houtige noten) en Fresh notes (Frisse noten). De fougère familie is in het midden van de cirkel geplaatst als een aparte geurenfamilie. Elke familie wordt verder in vier subcategorieen ingedeeld, die gelijk zijn voor elke familie: fresh (frisse), crisp (droge), classic (klassieke) en rich (vol).

Deze twee classificaties bieden een goed houvast. Ze maken het mogelijk om de wereld van geuren toegankelijker en begrijpelijker te maken. Maar etherische wereld van geuren laat zich niet makkelijk te classificeren. De geurbeleving blijft heel persoonlijk. Ongeacht de duidelijke beschrijvingen van de families blijven er geuren, die bij meerdere geurenfamilies passen of niet makkelijk in te delen zijn. Niets is zeker in de ongrijpbare, bewegelijke en subtiele wereld van parfumerie.